Het C-Power windpark, dat in september vorig jaar officieel ingehuldigd werd, draaide in december en januari op volle toeren en produceerde in twee maanden 24% meer dan voorzien, dankzij bijzonder gunstige windcondities en de hoge technische betrouwbaarheid van de windturbines.

De 54 windturbines, die 30 km ver in zee staan, zorgden in december en januari voor een elektriciteits productie van 277,4 GWh. Dit is het equivalent van het jaarverbruik van 80.000 gezinnen!

Deze productie is drie maal hoger dan de productie in de extreem slechte windmaanden juli en augustus 2013.De verklaring hiervoor zijn de goede technische beschikbaarheid van het windmolenpark, de gemiddeld hoge windsnelheden en het feit dat we in die twee wintermaanden slechts 8 dagen kenden met windsnelheden beneden de 20 kilometer per uur. Dit is goed nieuws als we weten dat een windturbine begint te draaien aan 13 km/u en haar maximum capaciteit bereikt vanaf 49 km/u.

In december en januari hadden we 12 stormdagen met een gemiddelde windsnelheid van meer dan 80 km/u. Pas vanaf een windsnelheid van 108 km/u gedurende 10 minuten, worden deze krachtige turbines omwille van veiligheidsredenen stilgelegd. Zo’n hoge snelheid werd geen enkele keer bereikt waardoor alle windturbines steeds op volle kracht konden verder draaien.

De constructie van het 325MW offshore windpark werd in de zomer van 2013 voltooid. Deze wereldprimeur, met een totale investering van 1,3 miljard euro, werd tot een goed einde gebracht door C-Power samen met haar structurele partners: het consortium THV Seawind (joint venture tussen Dredging international & Fabricom), Senvion (de nieuwe naam van REpower), ABB en de Haven van Oostende. C-Power zal jaarlijks zorgen voor de energievoorziening van meer dan 300.000 gezinnen en het voorkomen van de uitstoot van 415.000 ton koolstof in het milieu.

De aandeelhouders van C-Power zijn:

1. DEME (www.deme.com), een wereldwijd opererende maritiem engineering specialist. Dredging International en Geosea, dochterondernemingen van DEME, zijn de enige Belgische bedrijven met ervaring in het bouwen van funderingen voor offshore windturbines en het plaatsen van offshore windturbines. Zij zijn wereldwijd betrokken bij de constructie van verscheidene multi-megawatt offshore windparken.

2. Z-Kracht is een investeringsvehikel van 99 Belgische gemeenten met Nuhma NV (www.nuhma.be) als referentieaandeelhouder. Nuhma is sinds de start van C-Power betrokken en omvat 44 gemeenten uit de provincie Limburg met als doel te investeren in elektriciteit- en nutsbedrijven.

3. Socofe (www.socofe.be), een investeringsbedrijf van de openbare besturen van het Waals Gewest in België, gespecialiseerd in de financiering en ontwikkeling van nutsprojecten.

4. SRIW Environnement (www.sriw.be), de milieuholding van de Waalse Investeringsmaatschappij S.R.I.W, is een bedrijf dat gespecialiseerd is in de financiering en ontwikkeling van milieu- en nutsprojecten.

5. RWE Innogy GmbH (www.rwe.com), een dochteronderneming van RWE AG, bundelt de expertise op het vlak van hernieuwbare energie en krachtcentrales van de RWE Groep. Het bedrijf plant, bouwt en exploiteert bedrijven die stroom halen uit hernieuwbare energiebronnen. Het doel van RWE Innogy is actief deelnemen aan en bevorderen van de krachtige groei van de hernieuwbare energie-industrie in Europa.

6. EDF Energies Nouvelles (www.edf-energies-nouvelles.com), filiaal van Electricité de France (EdF), is een voorganger in de productie van groene energie. Het bedrijf ontwikkelt, bouwt en exploiteert hernieuwbare energie-installaties over de hele wereld. Hun participatie in het C-Power project laat hen toe om een belangrijke plaats in de Europese offshore energiesector in te nemen.

7. Het 2020 European Fund for Energy, Climate Change and Infrastructure (“Marguerite Fund”) (www.margueritefund.eu) werd opgericht met de steun van 6 leidende Europese financiële instellingen (Caisse des Dépôts et consignations, Cassa Depositi e Prestiti, European Investment Bank, Instituto de Crédito Oficial, KfW, PKO Bank Polski) om kapitaalintensieve investeringen te verwezenlijken in infrastructuur.